maandag 18 februari 2013

Bart Swings

Rondje 30 hoog of rondje 31 laag. Het was even onwennig met de ogen knipperen toen ik gisteren( zondag 17 feb red.)kennis maakte met de terminologie in de schaatswereld. Die aangewakkerde interesse heeft alles te maken met de knappe prestaties van onze landgenoot  Bart Swings op het WK Allround in Noorwegen. Swings pakte zowaar brons. Een unicum voor ons land.

Schaatsen is in Nederland wat het veldrijden voor Vlaanderen is.  Er valt dan ook goed geld te verdienen in de schaatssport boven de Moerdijk. Ook hier kunnen we de vergelijking met het veldrijden doortrekken. In Vlaanderen zijn een vijftal teams op professionele basis met het veldrijden bezig en staan er tig projecten in de stijgers. In Nederland regeert de TVM-ploeg al jaar en dag het schaatsen. Met Sven Kramer heeft het dan ook de beste schaatser op de lange baan in de rangen. Kramer is god in Nederland. Een griepje of een kleine blessure van de man en het land staat in rep en roer. Laat het nu net die Nederlandse trots zijn die Bart Swings het vuur aan de schenen wist te leggen. Op de afsluitende 10km van het WK allround eindigde de bedeesde Belg op amper 5 hondersten van dit instituut. Het toont de klasse van Bart Swings, van oorsprong een skeeleraar. 
" Kramer's team draait op een budget van meer dan 2 miljoen euro. Het budget van Swings valt daarbij in het niets." 
Swings is nu een drietal jaar actief in het schaatsen. De progressie die hij maakte is opmerkelijk. Hoewel het skeeleren aanleunt tegen het schaatsen heeft Swings het vooral op technisch vlak nog bijzonder lastig. Een euvel waar coach Bart Veldkamp hem al een deel in bijgestuurd heeft.  Bart ontdekt het schaatsen al spelenderwijs en staat qua omkadering ten opzichte van Kramer nog nergens. Kramer's team draait op een budget van meer dan 2 miljoen euro. Het budget van Swings valt daarbij in het niets. Tot vorig jaar stond dit übertalent nog grotendeels zelf in voor de gemaakte kosten. Daar kwam sinds vorig jaar (terecht) verandering en geniet hij nu van een bescheiden tussenkomst van Bloso in de kosten. 

Persoonlijk volg ik Swings al vanaf het moment dat hij zijn eerste pasjes zette in de schaatswereld ruim drie jaar geleden. Ik weet nog dat ik het bijzonder moedig vond dat hij zich op die manier letterlijk op glad ijs begaf. De bagage die Swings opdeed in het skeeleren lijkt nu van goudwaarde te zijn. De alternatieve trainingen die Swings gedurende al die jaren deed lijken ook de ijsbaan zijn vruchten af te werpen. Zo gaat Swings nog elke zondag naar zijn skeelerclub, waar hij zelf training geeft en zich amuseert met de skeelers in een klein achterafzaaltje. Een profbestaan is voorlopig nog niet weggelegd voor  Swings. Al wil hij dat vooral zelf niet en concentreert hij zich op zijn studies. Het toont meteen zijn nuchterheid. De voorbereidingen op het WK allround bracht hij dan ook voor een groot gedeelte door achter de studieboeken. Het maakt zijn prestatie des te opmerkelijker. De Nederlanders zijn alvast helemaal weg van die gekke Belg uit het skeeleren. 

Trainingsfasciliteiten

Maar hoe kan het in hemelsnaam dat iemand die nog maar twee jaar op de schaatsen staat zo snel komt aanleunen bij de wereldtop? Ook hier gaat de vergelijking met het veldrijden op. Hoewel schaatsen mondiaal een stuk verder staat dan het veldrijden leidt ook deze sport aan bloedarmoede. Zo was Noorwegen tot voor kort wereldtop in het schaatsen en was het er een van de belangrijkste wintersporten. Het voorbije decennium kende het langlaufen en biathlon er een steile opmars. Schaatsers met potentieel stapten massaal over waardoor Noorwegen een tijd verstoken bleef van iternationale successen. Al komt daar de laatste jaren opnieuw verandering in met de prestaties van Bokko, de eeuwige tweede achter Kramer, en de jonge Pedersen. De randvoorwaarden die vervuld dienen te worden spreken dan ook niet in het voordeel van deze sport. Een schaatsbaan met olympische afmetingen kost een fortuin. Om een idee te geven. Nederland heeft er een in Eindhoven, in Groningen, een overdekt in Enschede en natuurlijk het wereldbefaamde Thialf in Heerenveen. In België zijn die faciliteiten onbestaande. Wie wil gaan hardlopen heeft daar buiten een paar loopschoenen niet veel voor nodig. Dat maakt dat de concurrentie bij pakweg atletiek een pak hoger ligt. Bij het schaatsen ligt dat heel anders. Het plaatst de prestaties van Swings in een zeker perspectief. Maar we moeten er niet flauw over doen. Wat Swings in Noorwegen liet zien was pure klasse. De Sportman van het Jaar is wat mij betreft al bekend. Het zou meteen een geweldige boost betekenen voor de schaatssport in ons land. De bouwplannen voor een ijsstadion mogen wat mij betreft gerust worden ingediend. Misschien eens een telefoontje plegen met Bart Verhaeghe? 

zondag 10 februari 2013

Treviso

Hoewel ik op deze blog niet vaak afdaal naar mijn eigen privéleven toch even dit. Jeugdigheid gaat vaak gepaard met een ongebreideld enthousiasme, soms op het naïeve af. Mijn wildste jaren (al zijn ze bij mij nooit heel wild geweest) ben ik ondertussen wel ontgroeid. Toch zijn er zo van die momenten dat ik overvallen wordt door een impulsieve reflex. Binnen dit en drie weken sta ik bijvoorbeeld aan de start van mijn eerste marathon in Treviso, die onooglijke voorstad van Venetië.  Al is het iets wat ik  al geruime tijd wil ondernemen, toch besliste ik in een impuls effectief de uitdaging aan te gaan. 

Wie me kent zal ondertussen wel weten dat atletiek een echte passie is geworden. Niets zaliger dan afzien op training in de wetenschap dat je er alleen maar beter door wordt.  Zeker in de laatste twee jaar merk ik opnieuw progressie, nadat ik lang ben blijven hangen op hetzelfde niveau en geen progressie meer maakte. Maar progressie kan je ook maken door nieuwe uitdagingen aan te gaan.  Vandaar dus ook mijn idee om deze marathon te lopen. Uitlopen zal wel lukken zonder problemen. Ik heb mezelf voorgenomen zonder verwachtingen af te reizen naar Italië. Een eerste marathon is toch altijd een stap in het onbekende, maar dat wil niet zeggen dat ik niet ambitieus ben. Ik zal er alles aan doen om met een goede tijd huiswaarts te keren. Ik wil niet finishen met het gedacht, dju ik kon precies nog sneller.  
"Ik heb mezelf voorgenomen zonder verwachtingen af te reizen naar Italië. Een eerste marathon is toch altijd een stap in het onbekende, maar dat wil niet zeggen dat ik niet ambitieus ben. "
Bij een debuut op de marathon hoort ook een gedegen voorbereiding en ontzettend veel lange duurlopen. In het begin teerde ik daarbij nog voor een groot gedeelte op mijn basisconditie. Die was best OK. En de overschakeling van het zomer- naar het winterseizoen gaat sowieso gepaard met een pak meer kilometers. In se dus een ideaal moment om dit idee vorm te geven. Met nog minder dan drie weken te gaan kan ik zeggen dat de conditie gewoon super is. Ik had van mezelf nooit gedacht de zware duurlopen zo makkelijk te verteren. Haatte ik vroeger duurlopen van meer dan 10 kilometer dan is dat anno 2013 al een heel pak minder. Al blijft het vooral op mentaal vlak bijzonder zwaar u telkens te moeten opladen voor een duurloop van 20, 24, 26 of 30 kilometer. Wanneer ik in Treviso de finish overschrijd is daar dus bijzonder veel voorbereiding aan te pas gekomen. De weg naar je doel is vaak leuker dan het  uiteindelijke resultaat. Wie weet zal ik binnen dit en een paar maanden het voorbereidende werk wel missen. Weken van meer dan 100 km vormen daarbij geen uitzondering. Belastend voor lichaam en geest, maar het gebeurde steeds met de glimlach. De basisconditie is nu meer dan ok. De fundamenten voor een goed zomerseizoen op de piste zijn bij deze gelegd, al zal ik opnieuw aan mijn snelheid moeten werken.  Uiteraard kunnen jullie op deze blog terecht voor een uitgebreid verslag. 

zondag 3 februari 2013

Benteke

Christian Benteke groeide de laatste maanden uit tot een van de smaakmakers bij Aston Villa, dat nochtans vecht om te overleven. Hij presteerde zo goed dat zelfs Manchester City en Tottenham aan zijn deur komen kloppen. Toch gek welke bokkesprongen een carriëre kan maken. Van slungelige schlemiel tot wereldster. 

Een aantal jaar geleden had ik geen cent gegeven om de carriëre van Benteke. Zeker geen slechte spits voor de Belgische velden, maar Premier League materiaal had ik er in de verste verte niet in gezien. Niet bij Kortrijk, zeker niet bij Mechelen. Het is pas in Genkse loondienst dat de  V8-motor van Benteke is beginnen ronken. Met dank aan de geniale flitsen van Debruyne. 
Benteke hier nog in Mechelse loondienst
Dat Benteke uitgerekend bij Genk zou doorbreken mag gerust als merkwaardig worden bestempeld. De jonge Benteke debuteerde in 2008 met Genk in de eerste klasse, maar kreeg amper speelkansen. Standard was er als de kippen bij om hem in 2009 een echte kans te geven. Wederom faalde Benteke. Toch bleven de Rouches geloven in het talent van deze bonkige aanvaller. Benteke kwam op huurbasis in Kortrijk terecht en speelde een meer dan degelijk seizoen. Met 14 goals was Benteke een van de absolute steunpilaren van KVK.  Het jaar erop volgde een uitleenbeurt naar KV Mechelen. Benteke haalde meermaals de banbliksems van de Mechelse aanhang over zich heen door de meest eenvoudige kansen te missen. Een bal voor open goal wist hij meters naast te trappen. Hij toonde slechts flarden van zijn klasse met enkele pareltjes. In 18 optredens voor Mechelen wist Benteke uiteindelijk 6 keer te scoren. Ook de manier waarop Benteke bij Mechelen is beland stemt tot nadenken. Benteke werd simpelweg als pasmunt gebruikt door de Rouches om Aloys Nong naar de Vurige Steden te halen. Wie nu de carriëres van beide spitsen naast elkaar legt trekt ongetwijfeld een vreemde grimas. Nong acteert wisselvallig in het grauwe Bergen, waar hij van trainer Scifo slechts sporadisch mag spelen. Benteke wist gisteren (zaterdag 2 feb) twee keer te scoren tegen Everton. 
"Benteke haalde meermaals de banbliksems van de Mechelse aanhang over zich heen door de meest eenvoudige kansen te missen."
 Uiteindelijk kwam deze ruwe parel bij Genk tot volledige ontbolstering. In Genk werd hij de balvaste, kopbalsterke, atletische en technische spits waar elke club in de Premier League likkebaardend van droomt. Het kan snel gaan, want ook bij de Rode Duivels heeft Benteke nu zijn vaste stek in de ploeg. Benteke speelde op 15 augustus de Nederlandse verdediging op zijn eentje op een hoop. Ook in Servië was hij met een doelpunt belangrijk voor het nationale team. Dat deed hij enkele dagen later nog eens dunnetjes over tegen Schotland. Hopelijk beseft Benteke welk pad hij heeft moeten volgen om aan de top te raken en blijft hij nuchter onder al het succes van de laatste maanden. Benteke is het schoolvoorbeeld dat men nooit mag opgeven in de sport.  Dat is het mooie aan het voetbal. De ene dag wordt je uitgehoond door de Mechelse aanhang, de volgende dag ben je de speelbal  in een opbod van Engelse topclubs die je absoluut aan hun kern willen toevoegen.